Personen met een uitkering; kenmerken uitkeringsontvangers

Personen met een uitkering; kenmerken uitkeringsontvangers

Geslacht Leeftijd Herkomstland Geboorteland (ouders) Perioden Uitkeringsontvangers, totaal (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Werkloosheid (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Bijstand en bijstandsgerelateerd Bijstand en bijstandsgerelateerd, totaal (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Bijstand en bijstandsgerelateerd Bijstandsuitkering (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Bijstand en bijstandsgerelateerd IOAW-uitkering (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Bijstand en bijstandsgerelateerd IOAZ-uitkering (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Arbeidsongeschiktheid Arbeidsongeschiktheid, totaal (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Arbeidsongeschiktheid WAO-uitkering (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Arbeidsongeschiktheid WIA-uitkering: regeling WGA (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Arbeidsongeschiktheid WIA-uitkering: regeling IVA (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Arbeidsongeschiktheid WAZ-uitkering (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Arbeidsongeschiktheid Wajong-uitkering (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering AOW (aantal personen)
Totaal mannen en vrouwen Totaal leeftijd Totaal Totaal 2024 juni 4.961.450 141.330 503.530 464.620 13.650 1.930 805.830 153.700 257.410 176.030 4.810 225.560 3.588.650
Totaal mannen en vrouwen Totaal leeftijd Totaal Totaal 2024 juli 4.978.480 149.750 503.690 465.090 13.340 1.950 807.450 152.580 258.310 177.060 4.770 226.460 3.596.200
Totaal mannen en vrouwen Totaal leeftijd Totaal Totaal 2024 augustus 4.988.400 153.140 502.610 464.360 13.060 1.930 808.170 151.250 259.550 177.680 4.700 226.750 3.603.220
Totaal mannen en vrouwen Totaal leeftijd Totaal Totaal 2024 september 4.997.310 154.240 501.820 463.750 12.840 1.900 809.770 149.940 261.550 178.530 4.630 226.890 3.610.480
Totaal mannen en vrouwen Totaal leeftijd Totaal Totaal 2024 oktober 5.009.250 157.570 502.340 464.460 12.590 1.890 813.160 148.670 264.420 179.670 4.580 227.610 3.615.450
Totaal mannen en vrouwen Totaal leeftijd Totaal Totaal 2024 november 5.016.820 158.630 503.200 465.420 12.370 1.850 813.700 147.450 266.070 180.590 4.520 226.900 3.620.600
Totaal mannen en vrouwen Totaal leeftijd Totaal Totaal 2024 december 5.026.130 161.740 504.580 466.820 12.120 1.840 813.930 146.190 267.580 181.150 4.450 226.430 3.625.350
Totaal mannen en vrouwen Totaal leeftijd Totaal Totaal 2025 januari 5.038.360 170.160 505.380 467.750 11.890 1.850 813.670 144.760 268.970 181.690 4.390 225.740 3.629.190
Totaal mannen en vrouwen Totaal leeftijd Totaal Totaal 2025 februari 5.047.160 168.680 506.290 468.650 11.670 1.860 820.170 144.240 272.650 182.390 4.360 228.590 3.632.360
Totaal mannen en vrouwen Totaal leeftijd Totaal Totaal 2025 maart 5.054.460 167.360 507.440 469.850 11.440 1.850 821.620 142.940 274.700 182.880 4.310 228.890 3.638.650
Totaal mannen en vrouwen Totaal leeftijd Totaal Totaal 2025 april 5.060.110 165.780 508.160 470.700 11.220 1.840 823.040 141.640 276.070 183.700 4.240 229.530 3.644.130
Totaal mannen en vrouwen Totaal leeftijd Totaal Totaal 2025 mei* . 162.000 509.000 472.000 11.000 1.800 820.000 . . . . . 3.650.000
Totaal mannen en vrouwen Totaal leeftijd Totaal Totaal 2025 juni* . 160.000 510.000 472.000 10.800 1.800 820.000 . . . . . 3.660.000
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


De tabel geeft inzicht in het aantal personen met een sociale zekerheidsuitkering. Het betreft de personen met een uitkering voor arbeidsongeschiktheid, werkloosheid, ouderdom, bijstand en bijstandsgerelateerde uitkeringen (exclusief de studietoeslag). Deze personen kunnen zowel in Nederland als in het buitenland woonachtig zijn.
De cijfers zijn beschikbaar vanaf 2013 en geven de stand weer op de laatste dag van de verslagmaand.
De gegevens zijn uit te splitsen naar de volgende persoonskenmerken:
- geslacht;
- leeftijd;
- herkomstland;
- geboorteland (ouders).

Status van de cijfers:
De cijfers vanaf januari 2013 zijn definitief met uitzondering van de laatste drie maanden, die zijn voorlopig.
De voorlopige cijfers voor de laatste drie maanden zijn gebaseerd op een ramingsmethode. Deze methode is niet toereikend genoeg om waarden te berekenen voor elke cel in de tabel. Daarom staan er puntjes in bijvoorbeeld de cellen die betrekking hebben op het totaal aantal uitkeringsontvangers, cellen waarin persoonskenmerken gecombineerd worden en bij de categorieën ‘Onbekend’.

Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meerdere uitkeringen. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee arbeidsongeschiktheidsuitkeringen: WIA, WAZ, Wajong of WAO) of uitkeringen van verschillend type (zoals een uitkering in het kader van de Werkloosheidswet (WW) en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen).

De aantallen personen met een uitkering in deze tabel kunnen afwijken van de aantallen in de tabellen met uitkeringsontvangers per regio en uitgesplitst naar wijken en buurten (zie paragraaf 3). In de twee laatstgenoemde tabellen zijn vanaf maart 2022 personen meegeteld die een bijstandsgerelateerde studietoeslag ontvingen. In deze tabel zijn die personen niet meegeteld.

In oktober 2021 is een stijging te zien van het aantal personen met een WGA-uitkering. De oorzaak hiervan is een kwaliteitsverbetering van het proces waardoor een groep eigenrisicodragers die eerder ontbrak nu wel meegenomen wordt. Het gaat niet om een stijging in het reguliere aantal WGA-uitkeringen, maar om een stijging in het aantal "personen met een WGA-uitkering".

Het samenstellen van gegevens voor StatLine-tabellen die uitsplitsingen naar persoonskenmerken bevatten, gebeurt altijd op basis van de meest recente gegevens uit de Basis Registratie Personen (BRP). Omdat verschillende StatLine-tabellen op verschillende momenten geactualiseerd worden, kan het voorkomen dat voor de ene tabel een andere versie van de BRP wordt gebruikt dan voor een andere tabel. Hierdoor kunnen beperkte verschillen ontstaan ten opzichte van andere tabellen met dezelfde populatie. De laatst gepubliceerde cijfers zijn in dat geval het meest accuraat.

Wijzigingen per: 30 september 2025:
- de cijfers van april 2025 zijn definitief geworden;
- toegevoegd zijn de voorlopige cijfers van juli 2025.

Vanwege een aanpassing in de programmatuur, zijn de cijfers voor maart 2025 opnieuw berekend met een actuelere versie van de BRP. Dit heeft kleine wijzigingen in de cijfers tot gevolg.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Nieuwe cijfers komen in oktober 2025.

Toelichting onderwerpen

Uitkeringsontvangers, totaal
Totaal aantal personen met een uitkering in het kader van de Werkloosheidswet (WW), bijstandswet (PW), bijstandsgerelateerde wet (IOAW, IOAZ, Bbz), arbeidsongeschiktheidswet (WAO, WIA, WAZ, Wajong, Wet Wajong 2015) of de Algemene ouderdomswet (AOW).

Met ingang van 12 mei 2016 is de WWIK niet meer als aparte regeling in de tabel opgenomen. Meer informatie over de WWIK is te lezen in de tabeltoelichting bij 'Personen met een bijstandsgerelateerde uitkeringen'.

Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee WAO-uitkeringen) of twee uitkeringen van verschillend type (zoals een WW en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de WAO). Bij de totaaltellingen wordt de persoon uiteraard maar één keer geteld.
Uitkeringsontvangers per soort uitkering
Het aantal personen dat een sociale zekerheidsuitkering ontvangt uitgesplitst naar de soort uitkering.
Het gaat hier om werkloosheidsuitkeringen, bijstandsuitkeringen, bijstandsgerelateerde uitkeringen, arbeidsongeschiktheidsuitkeringen en ouderdomsuitkeringen.

Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee WAO-uitkeringen) of twee uitkeringen van verschillend type (zoals een WW en een bijstandsuitkering. In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de WAO). Bij de totaaltellingen wordt de persoon uiteraard ook maar één keer geteld.
Werkloosheid
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Werkloosheidwet (WW).
Bijstand en bijstandsgerelateerd
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de bijstandswet of bijstandsgerelateerde wet.

Vanaf 1 januari 2015 is de Wet werk en bijstand opgegaan in de Participatiewet. Een ieder die kan werken maar daarbij ondersteuning nodig heeft, valt sinds 1 januari 2015 onder de Participatiewet.

Bijstandsgerelateerde wetten zijn de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) en het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (Bbz).
Personen met een uitkering in het kader van het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (Bbz) zijn uitsluitend opgenomen in het totaal aantal personen dat een bijstandsuitkering of bijstandsgerelateerde uitkering ontvangt.

De personen met een WWIK-uitkering (Wet werk en inkomen kunstenaars) zijn per 12 mei 2016 uitsluitend opgenomen in de totalen. Meer informatie over de personen met WWIK-uitkering is te lezen in de tabeltoelichting bij ‘Personen met een bijstandsgerelateerde uitkering’.

Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (Bbz):
Het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (Bbz) is ingesteld om een zelfstandige tijdelijk een uitkering te verstrekken totdat hij weer in zijn eigen levensbehoeften kan voorzien.
Degenen die in aanmerking komen voor het Bbz zijn gevestigde zelfstandigen die tijdelijk in financiële problemen verkeren, of startende zelfstandigen.
Daarnaast biedt het Bbz ook hulp aan oudere zelfstandigen met een niet-levensvatbaar bedrijf of hulp wanneer zelfstandigen hun bedrijf willen beëindigen.

Met terugwerkende kracht is vanaf 1 maart 2020 de regeling Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) van kracht. Dit heeft gezorgd voor een sterke toename in maart van het aantal personen met een bijstandsgerelateerde uitkering.



Bijstand en bijstandsgerelateerd, totaal
Het totaal aantal personen dat een bijstandsuitkering (Participatiewet) of bijstandsgerelateerde uitkering (IOAW, IOAZ, Bbz) ontvangt.
Cijfers over de personen met een WWIK-uitkeringen zijn per 12 mei 2016 uit de tabellen gehaald en gearchiveerd. Meer informatie over de WWIK-uitkeringen is te lezen in de tabeltoelichting bij ‘Personen met bijstandsgerelateerde uitkeringen’.

Met terugwerkende kracht is vanaf 1 maart 2020 de regeling Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) van kracht. Dit heeft gezorgd voor een sterke toename in maart van het aantal personen met een bijstandsgerelateerde uitkering. De regeling gold met terugwerkende kracht vanaf 1 maart 2020 en liep eind mei 2020 af. Deze regeling is opgevolgd door 'Tozo 2.0'. Vanaf 1 oktober is Tozo 2.0 opgevolgd door Tozo 3.0 die tot en met maart 2021 van kracht is.  

Bijstandsuitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Participatiewet (vanaf 2015).

Participatiewet
De Participatiewet vervangt per 1 januari 2015 de WWB, de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en een deel van de Wet Wajong.
De Participatiewet komt vrijwel overeen met de WWB, maar nog sterker wordt de nadruk gelegd op participatie aan het arbeidsproces.
Personen die door lichamelijke, verstandelijke of psychische datum onder de Participatiewet en niet meer onder de Wet Wajong.

Wet sociale werkvoorziening (Wsw)
Deze wet regelt aangepaste werkgelegenheid voor personen die door lichamelijke, verstandelijke of psychische aandoeningen alleen onder aangepaste omstandigheden kunnen werken.
Toegang tot de wet is per 1 januari 2015 afgesloten, personen met een Wsw-indicatie vallen van die datum onder de Participatiewet.
De Wsw blijft bestaan voor personen die voor 15 mei 2011 een Wsw-indicatie hadden.
Voor personen die na 15 mei 2011 een Wsw-indicatie hebben gekregen geldt een overgangsregeling.
Een Wsw-indicatie vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
IOAW-uitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW).

Wet inkomensvoorziening oudere gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
De IOAW biedt een inkomensgarantie op het niveau van het sociaal minimum aan oudere werkloze werknemers, van wie het recht op uitkering op grond van de Werkloosheidswet is geëindigd.
De wet is in werking getreden op 1 januari 1987 en is ingrijpend gewijzigd met ingang van 1 januari 1996.
Het recht op een IOAW-uitkering vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
IOAZ-uitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ).

Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
De IOAZ biedt een inkomensgarantie op het niveau van het sociaal minimum aan gewezen zelfstandigen van 55 jaar en ouder, van wie het inkomen duurzaam minder bedraagt dan het sociaal minimum en die als gevolg daarvan het bedrijf of beroep hebben beëindigd.
De wet is in werking getreden op 1 januari 1987 en is ingrijpend gewijzigd met ingang van 1 januari 1996.
Het recht op een IOAZ-uitkering vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
Arbeidsongeschiktheid
Het aantal personen dat een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangt in het kader van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ),
de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) en de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wet Wajong).
Het recht op een uitkering in het kader van een van bovengenoemde wetten vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.

Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee WAO-uitkeringen) of twee uitkeringen van verschillend type (zoals een WW en een bijstandsuitkering. In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de WAO). Bij de totaaltellingen wordt de persoon uiteraard maar één keer geteld.
Arbeidsongeschiktheid, totaal
Het totaal aantal personen dat een arbeidsongeschiktheidsuitkering (WAO, WIA, WAZ, Wajong, Wet Wajong) ontvangt.
WAO-uitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO).

Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO)
De wet geeft werknemers die voor 1 januari 2004 arbeidsongeschikt zijn geworden recht op een loonvervangende uitkering, zolang zij minimaal 15% arbeidsongeschiktheid zijn.
De WAO is met ingang van 2005 vervangen door de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), maar blijft bestaan voor mensen die al een WAO-uitkering hadden of binnen 5 jaar na het beëindigen van de uitkering opnieuw arbeidsongeschikt worden door dezelfde oorzaak.
Het recht op een WAO-uitkering vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
WIA-uitkering: regeling WGA
Het aantal personen met een lopende WGA-uitkering waar ook daadwerkelijk een bedrag uitgekeerd wordt dat een uitkering ontvangt in het kader van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) regeling Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA).

Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA)
De WIA geeft werknemers die na een wachttijd van twee jaar nog minstens 35 procent arbeidsongeschikt zijn, recht op een uitkering. De wet is zó opgezet dat men gestimuleerd wordt om naar vermogen te werken.
De wet kent twee regelingen: de regeling Inkomensverzekering volledig arbeidsongeschikten (IVA) en de regeling Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA).
De IVA regelt een uitkering voor werknemers die langdurig en volledig arbeidsongeschikt zijn. De WGA geeft recht op een loonaanvullende uitkering als een werknemer gedeeltelijk arbeidsongeschikt is.
De WIA vervangt per 29 december 2005 de WAO.
Het recht op een WIA-uitkering vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
WIA-uitkering: regeling IVA
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) regeling Inkomensverzekering volledig arbeidsongeschikten (IVA).


Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA)
De WIA geeft werknemers die na een wachttijd van twee jaar nog minstens 35 procent arbeidsongeschikt zijn, recht op een uitkering. De wet is zó opgezet dat men gestimuleerd wordt om naar vermogen te werken.
De wet kent twee regelingen: de regeling Inkomensverzekering volledig arbeidsongeschikten (IVA) en de regeling Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA).
De IVA regelt een uitkering voor werknemers die langdurig en volledig arbeidsongeschikt zijn. De WGA geeft recht op een loonaanvullende uitkering als een werknemer gedeeltelijk arbeidsongeschikt is.
De WIA vervangt per 29 december 2005 de WAO.
Het recht op een WIA-uitkering vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
WAZ-uitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ).

Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ)
De WAZ is een verplichte verzekering voor zelfstandigen, beroepsbeoefenaren, directeuren-grootaandeelhouders en meewerkende echtgenoten tegen de financiële gevolgen van langdurige arbeidsongeschiktheid.
De WAZ is met ingang van 1 augustus 2004 geblokkeerd. Zelfstandigen die op of na die datum ziek worden, kunnen geen aanspraak meer maken op een uitkering in het kader van de WAZ. Voor de mensen, die al een WAZ-uitkering hadden, is er niets veranderd.
Het recht op een WAZ-uitkering vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
Wajong-uitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) of de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wet Wajong).

Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong)
De Wajong is een wettelijke voorziening in de financiële gevolgen van langdurige arbeidsongeschiktheid van mensen die geen aanspraak kunnen maken op de WAO/WIA omdat er geen arbeidsverleden is opgebouwd.
Dit zijn mensen die arbeidsongeschikt zijn voor de dag dat zij 17 jaar worden of na hun 17e jaar arbeidsongeschikt worden én een opleiding/studie volgen.
Vanaf 1 januari 2010 is de Wajong vervangen door de Wet Wajong. De Wajong blijft gelden voor jongeren die voor 1 januari 2010 een uitkering hebben aangevraagd.
Het recht op een Wajong-uitkering vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.

Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wet Wajong)
Met ingang van 1 januari 2010 is de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wet Wajong) in werking getreden.
In tegenstelling tot de Wajong hebben jongeren met een ziekte of handicap in de eerste plaats recht op hulp bij het vinden en houden van werk. Daaraan gekoppeld kunnen ze een inkomensondersteuning krijgen.
Vanaf 2015 staat de Wet Wajong alleen nog open voor jonggehandicapten die duurzaam geen mogelijkheden hebben om deel te nemen aan het arbeidsproces.
Jonggehandicapten die nog kunnen werken, maar ondersteuning nodig hebben vallen vanaf die datum onder de Participatiewet en kunnen voor ondersteuning terecht bij de gemeente.
Het recht op een uitkering in het kader van de Wet Wajong vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
AOW
Het aantal personen meteen uitkering in het kader van de Algemene ouderdomswet (AOW).

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen vanaf de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering.
In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtige leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW.
Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd.
Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering.
Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd (AOW-leeftijd)
De AOW-gerechtigde leeftijd of AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. Tot 2013 was dit 65 jaar. Hierna is de AOW-leeftijd gekoppeld aan de levensverwachting.
De AOW-leeftijd is tot en met 2030 als volgt:
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024-2027: 67 jaar
2028-2030: 67 jaar en 3 maanden.