Openbare bibliotheken; leden, collectie, uitleningen vanaf 1900

Openbare bibliotheken; leden, collectie, uitleningen vanaf 1900

Perioden Bibliotheekorganisaties (aantal) Leden (x 1 000) Collecties Totaal (x 1 000) Collecties Boeken (x 1 000) Uitleningen Totaal (x 1 000) Uitleningen Boeken (x 1 000)
1900 . . . . . .
1950 . 238 2.940 2.940 8.396 8.396
1960 . 582 5.266 5.266 22.316 22.316
1970 . 1.497 12.476 12.475 58.681 58.676
1980 517 4.008 32.319 30.728 161.911 157.986
1990 606 4.346 44.525 41.515 185.724 173.009
2000 542 4.312 42.859 38.096 155.146 141.444
2010 166 3.996 31.323 28.532 100.102 93.398
2015 156 3.784 25.254 23.129 78.069 72.728
2016 154 3.716 24.859 22.924 73.468 68.811
2017 149 3.704 25.201 23.342 71.490 67.380
2018 146 3.655 24.471 22.717 66.608 63.307
2019 145 3.620 24.378 22.798 63.844 61.099
2020 140 3.492 24.818 23.382 44.958 43.428
2021 139 3.330 23.817 22.607 40.772 39.794
2022 137 3.433 23.786 22.698 53.684 52.647
2023 133 3.633 24.096 22.528 56.895 53.721
2024* 131 3.715 24.016 22.533 54.275 51.477
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel geeft informatie over het aantal bibliotheekorganisaties, de collectie, het aantal leden en de uitleningen. Bibliotheekorganisaties bestaan in de loop van de jaren uit openbare bibliotheken, provinciale serviceorganisaties (PSO, vanaf 2015 bekend als provinciale ondersteuningsinstellingen, POI) en volksbibliotheken. Tot en met 2001 zijn ook volksbibliotheken in de cijfers opgenomen. Tot en met 2005 zijn de cijfers inclusief PSO's.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1910

Status van de cijfers:
De cijfers van 2024 zijn voorlopig. De overige cijfers zijn definitief vastgesteld.

Wijzigingen per 11 september 2025:
De voorlopige cijfers van 2024 zijn geplaatst.
De definitieve cijfers van 2022 en 2023 zijn toegevoegd.

Wanneer komen de nieuwe cijfers?
In september 2026 verschijnen de voorlopige cijfers over het jaar 2025 en worden de definitieve cijfers over het jaar 2024 geplaatst.

Toelichting onderwerpen

Bibliotheekorganisaties
Bibliotheekorganisaties bestaan in de loop van de jaren uit openbare bibliotheken, provinciale serviceorganisaties (PSO) en volksbibliotheken. Tot en met 2001 zijn ook volksbibliotheken in de cijfers opgenomen. Tot en met 2005 zijn de cijfers inclusief PSO’s. Vanaf 2005 hebben de cijfers betrekking op het totaal van alle openbare bibliotheekorganisaties of ‘basisbibliotheken’. Het gaat hier niet om de afzonderlijke bibliotheekvestigingen.
Leden
Aantal ingeschreven leden van de bibliotheek.
Collecties
Collecties inclusief boeken, audiovisuele middelen, bladmuziek etc. Exclusief digitale boeken.
Totaal
In 2024 bestond de totale collectie van alle openbare bibliotheken uit 24,0 miljoen items. Dit is nagenoeg gelijk aan de collectieomvang in 2023. In de cijfers over 2023 en voorgaande jaren zijn bij een aantal bibliotheken onterecht boeken meegeteld ten behoeve van school- en mediatheekdiensten, die niet in eigendom waren van de bibliotheekorganisatie. Het betreft hier hoofdzakelijk jeugdboeken. Wanneer uitsluitend naar de groep van 114 bibliotheken gekeken wordt waarbij de collectieomvang in beide jaren correct werd gerapporteerd en waarbij een vergelijking tussen 2023 en 2024 mogelijk is, is een kleine toename in de collectieomvang te zien.
Boeken
Collectie boeken bestaande uit boeken voor volwassenen en kinderen, fictie en non-fictie en naslagwerken. Exclusief digitale boeken.

In 2024 bestond de totale collectie boeken van alle openbare bibliotheken uit 22,5 miljoen items. Dit is nagenoeg gelijk aan de collectieomvang in 2023. In de cijfers over 2023 en voorgaande jaren zijn bij een aantal bibliotheken onterecht boeken meegeteld ten behoeve van school- en mediatheekdiensten, die niet in eigendom waren van de bibliotheekorganisatie. Het betreft hier hoofdzakelijk jeugdboeken. Wanneer uitsluitend naar de groep van 114 bibliotheken gekeken wordt waarbij de collectieomvang in beide jaren correct werd gerapporteerd en waarbij een vergelijking tussen 2023 en 2024 mogelijk is, is een toename in de collectie boeken te zien.
Uitleningen
Aantal uitleningen van alle uit te lenen collecties. Exclusief digitale boeken.
Totaal
In 2024 werden in totaal 54,3 miljoen fysieke materialen uitgeleend. In 2023 waren dit er 56,9 miljoen. In de cijfers over 2023 en voorgaande jaren zijn bij een aantal bibliotheken onterecht ook uitleningen meegeteld van boeken die in eigendom waren van scholen, en niet van de bibliotheekorganisatie. Het betreft hier hoofdzakelijk jeugdboeken. Wanneer uitsluitend naar de groep van 114 bibliotheken gekeken wordt waarbij de uitleningen correct werden gerapporteerd en waarbij een vergelijking tussen 2023 en 2024 mogelijk is, was de daling in het aantal uitleningen van fysieke materialen iets kleiner.
Boeken
Uitleningen van boeken bestaande uit boeken voor volwassenen en kinderen, fictie en non-fictie en naslagwerken. Exclusief digitale boeken.

In 2024 werden in totaal 51,5 miljoen fysieke boeken uitgeleend. In 2023 waren dit er 53,7 miljoen. In de cijfers over 2023 en voorgaande jaren zijn bij een aantal bibliotheken onterecht ook uitleningen meegeteld van boeken die in eigendom waren van scholen, en niet van de bibliotheekorganisatie. Het betreft hier hoofdzakelijk jeugdboeken. Wanneer uitsluitend naar de groep van 114 bibliotheken gekeken wordt waarbij de uitleningen correct werden gerapporteerd en waarbij een vergelijking tussen 2023 en 2024 mogelijk is, was de daling in het aantal uitleningen van fysieke materialen iets kleiner.